Fragment

    Praktijkgids: Thermografie in de bouw

    Naar de praktijkgids

    Inleiding

    Klimaatverandering en de stijgende vraag naar energie bij tegelijkertijd steeds schaarser wordende fossiele energiebronnen vormen een van de grootste wereldwijde uitdagingen. Omdat een aanzienlijk deel van de emissies voor rekening is van gebouwen, zijn hier bijzondere inspanningen vereist om de internationaal afgesproken klimaatdoelstellingen te bereiken.

    Een groot deel van de stookenergie gaat verloren door slecht geïsoleerde muren, daken en ramen. Een effectieve isolatie bespaart dus niet alleen kosten, maar is ook goed voor het milieu door de geringere uitstoot van CO2. Thermografie heeft zich ontwikkeld tot een methode ter controle van de werkelijke toestand van gebouwen en van de mogelijkheden om energie te besparen. Verborgen zwakke punten of gebreken bij de uitvoering kunnen niet-destructief opgespoord en hun oorzaken achterhaald worden.

    Voorwaarden en eisen voor buiten-thermografie.

    Voor een thermografische inspectie van de buitenschil moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan:

    • Om een buiten-thermografie correct uit te voeren moeten droog weer en lage temperaturen heersen.

    • De buitenschil mag niet vochtig zijn door neerslag – bij regen, sneeuw of dichte mist is buiten-thermografie niet mogelijk.

    • De windsnelheid moet onder de 5 m/s (18 km/h) liggen.

    • Voorwaarde is een temperatuurverschil tussen buiten en binnen van minstens 10 –15 °C gedurende een periode van minstens 12 uur.

    • De inspectie vindt dus in de regel in koude jaargetijden 's ochtends vóór zonsopgang plaats – op buitenoppervlakken schijnende zon, ook in de voorafgaande uren, vervalst het resultaat.

    • Een uitzondering hierop vormt de thermografie bij bijvoorbeeld koelcellen, waar hetzelfde noodzakelijke temperatuurverschil moet heersen, maar dan omgekeerd, en die dus in het warmere seizoen wordt uitgevoerd.

    • Nog een uitzondering vormt de thermografie bij vakwerkgebouwen, die in de regel in het zomerseizoen wordt uitgevoerd, omdat hierbij gebruik wordt gemaakt van het verschil in afkoel- en opwarmgedrag van de materialen. Hier wordt de thermografie idealiter twee uur na zonsondergang uitgevoerd.

    Dit was slechts een kort fragment. Wilt u meer te weten komen?

    Vraag meteen de hele praktijkgids aan.